De negenendertigste zwangerschapsweek

Geen puf meer? Zo gaat het bij veel zwangere vrouwen in de laatste twee weken! De buik heeft nu zijn maximale grootte bereikt. Je hele onderlijf kan nu pijnlijk aanvoelen; het maakt zich duidelijk op voor de bevalling. In deze blog kom je erachter wanneer het tijd is om je naar het ziekenhuis te begeven (of de verloskundige op te roepen voor een thuisbevalling) en geven we antwoord op twee andere goede vragen over de bevalling.

Hoe ziet het eruit in de buik in de negenendertigste week van de zwangerschap?

De foetus is ongeveer negenenveertig tot vijftig centimeter groot (top tot teen) en weegt zo'n tweeëndertighonderdvijftig tot vijfendertighonderd gram. De voetjes zijn nu circa acht centimeter lang en de hoofdomtrek bedraagt zo'n tien centimeter.

Je baby is nu ongeveer zo groot als een Halloween-pompoen.

Er is nu nog maar heel weinig plek. Je baby beweegt nu waarschijnlijk bijna niet meer. Misschien ben je al vertrouwd geraakt aan het slaapritme van je kindje. Mocht je een etmaal lang helemaal niets voelen, neem dan voor de zekerheid contact op met je huisarts. Deze stilte voor de storm is niet helemaal ongewoon, maar je baby moet zich ten minste een beetje laten voelen, zelf als hij/zij veel slaapt.

Van het huidsmeer is nu nog maar weinig over. Er is alleen nog wat over om het glijden door het geboortekanaal te vereenvoudigen. Je baby benut de tijd die er nog is om zwaarder te worden.

Wat gebeurt er met je tijdens de negenendertigste zwangerschapsweek?

Het wordt steeds spannender! Nu worden drie vragen bijzonder interessant:

1. Wat zijn de voortekenen van bevalling?  

Er zijn enkele aanwijzingen die er mogelijk op duiden dat de vliezen binnenkort gaan breken. Dit helpt bijvoorbeeld tegen: 

• Gebrek aan eetlust
• Vermoeidheid
• Een onrustig gevoel:  – dit kan zich ook uiten in nesteldrang. Veel vrouwen krijgen net voor de bevalling nog één keer de behoefte om snel het huis grondig schoon te maken, de gordijnen te wassen, het tapijt te reinigen en alle kledingkasten van binnen en buiten af te stoffen. Als je dit ontspannend vindt en je hier beter bij voelt, moet je dit vooral doen. Let er wel op dat je daarbij de baby niet in gevaar brengt. Pas dus op dat je bijvoorbeeld niet van een ladder valt of zware spullen gaat tillen.
• Het indalen van de buik en gemakkelijker kunnen ademen
• Vaker moeten plassen
• Diarree
• Pijn in het kruis of menstruatie-achtige pijn
• Braakneigingen en/of misselijkheid

Daarnaast zijn er de volgende voortekenen, waaruit echt blijkt dat de bevalling gaat beginnen:

• Weeën die bij warmte niet verdwijnen of zelfs sterker worden. Ontsluitingsweeën duren ongeveer dertig seconden tot een minuut
• Slijmerige en/of bloedige afscheiding: de slijmprop die tijdens de zwangerschap de baarmoedermond afsluit ter bescherming van de baby, laat op z'n laatst bij de bevalling los, maar soms ook één of twee dagen daarvoor. Dit loslaten wordt ook wel ‘tekenen’ genoemd.
• Waterige afscheiding (brekende vliezen)

2. Waar moet ik nog aan denken en wat moet ik nog regelen?

• Wie wil je tijdens de bevalling bij je hebben? 
• Heb je een bevallingsplan opgesteld? Hierin staan instructies aangegeven over wie je begeleiden moet, of je muziek wilt luisteren tijdens de bevalling, welke pijnstillers je mee instemt, of je de baby na de bevalling meteen bij je wilt hebben, of je borstvoeding wilt geven, etc.
• Wie zorgt er voor de broertjes en zusjes en/of huisdieren als jij in het ziekenhuis ligt? Is alles daarvoor geregeld (zoals eten, luiers, kleding, dierenvoer, etc.)?
• Is je vroedvrouw te allen tijde bereikbaar? 

3. Wanneer moet ik voor de bevalling naar het ziekenhuis?

• Wanneer de weeën om de vijf tot zeven minuten opkomen, dertig tot zestig seconden duren en steeds heviger worden.
• Bij hevige bloedingen
• If your membranes rupture – you should then be transported to hospital lying down (to avoid a prolapse of the umbilical cord).
• Afgezien daarvan geldt dat je altijd naar het ziekenhuis moet gaan als je pijn hebt en je je daar zekerder voelt. Of neem contact op met je huisarts. 

Mocht je een vroedvrouw hebben, dan kan je ook bij haar terecht voor veel bevallingsvragen. Zij kan je tevens begeleiden totdat het tijd is om naar het ziekenhuis te gaan.

Afbeelding: Unsplash